Hoogbegaafdheidsonderwijs in de praktijk

30/4/2025

Van Breinreiziger tot 9e-groeper en van Eureka- tot LED-groep

Zes scholen, zes visies en zes manieren om meer- en hoogbegaafde kinderen in  deeltijd extra uitdagingen aan te bieden. Een rondgang langs zes verschillende scholen: Minister Marga Klompé, De Klinker, De Regenboog, Fatimaschool, Tarcisiusschool en De Provenier. Met allemaal een eigen aanpak. De overeenkomst? Alle groepen met hoogbegaafde kinderen gebruiken het ‘HB-woord’ liever niet.

Wie: Mai Beker, intern begeleider
Wat: Breinreizigers in de Plusklas
Waar: Tarcisiusschool (Rotterdam-Hillegersberg)
Wanneer: Al jaren is er individuele aandacht voor HB-leerlingen. Sinds schooljaar 2024/2025 structureel en schoolbreed.
Hoe: Er zijn twee groepen Breinreizigers. Kinderen uit groep 3 en 4 worden wekelijks twee keer een uur uit de reguliere groep gehaald, kinderen uit de groepen 5 t/m 8 een hele middag per week. Plus-taken voeren ze in de reguliere groep uit.

‘Sinds eind vorig jaar hebben we een schoolbrede pijler voor hoogbegaafd onderwijs. Nu hebben alle leraren voor alle leerlingen het Digitaal handelingsprotocol hoogbegaafdheid, DHH. Met een quickscan zien ze of een kind mogelijk specifieke aandacht nodig heeft. Is dat het geval, dan kun je via dit systeem verder onderzoeken. Het mooie van DHH is dat het naast handvatten ook adviezen biedt om bijvoorbeeld te werken aan faalangst, onderpresteren, werk- en leerstijlen. Het helpt ons allemaal om begaafde kinderen iets extra’s te bieden. Een tip: wij werken met enIQma, een spel om samen met ouders of binnen het team de signalen, ondersteuningsbehoeften en aanpak voor een leerling in kaart te brengen.’

‘Breinreizigers werken in de reguliere groepen met eigen Plus-taken. De leerkracht bepaalt in overleg met de intern begeleider of HB-specialist op welke onderwerpen een kind kan compacten en verrijken. In de Breinreizigers-klas zijn we vooral bezig met f ilosoferen, werken we aan executieve functies zoals plannen en organiseren, en hebben we het vaak over de mindset. Zo helpen we de kinderen zichzelf uit hun leerkuil te trekken. Ook werken de Breinreizigers aan hun eigen doelen via onder meer smartgames of ze breiden een thema uit dat in de reguliere groep wordt behandeld.’

Wie: Denise te Riele-Kooning, leerkracht en RITHA/ECHA-specialist
Wat: MIND-groepen
Waar: Fatimaschool (Rotterdam-Schiebroek)
Wanneer: Sinds 2017
Hoe: In de MIND-lessen van ongeveer 2 uur per week leren de leerlingen uit de groepen 1 t/m 8 uitdagingen aan te gaan en via feedback hun capaciteiten uit te breiden: extra inhoudelijke kennis is ‘bijvangst’. De MIND-lessen dagen de kinderen vooral uit om verschillende denkvaardigheden in te zetten en te ontwikkelen. De algemene doelen in de MIND-groep zijn: leren leren, leren denken, leren leven. De MIND-groepen hebben een omvang van 6 tot 15 leerlingen per groep. In totaal zijn er  80 MIND-leerlingen.

‘Onze school werkt vanuit de visie dat wij willen aansluiten op de ontwikkelingsbehoeften van alle leerlingen, dus ook van leerlingen met kenmerken van begaafdheid, zoals ik deze groep liever noem. Deze leerlingen beschikken over een in aanleg aanwezig potentieel om tot uitzonderlijke prestaties te komen. Hierbij is talentontwikkeling een langdurig en dynamisch proces. Zowel persoonlijkheidseigenschappen als interactie met de omgeving bepalen de mate waarin het potentieel tot zijn recht komt.’

‘Naast de algemene doelen werken de kinderen aan hun eigen ontwikkelingsbehoeften. We vinden het belangrijk de kinderen eigenaar te maken van dit proces. Als leerlingen zichzelf niet als ‘in ontwikkeling’ kunnen zien, maar alleen als vaststaand ‘ik ben slim’, komen er ergens in de schooljaren vaak problemen. Wat als je iets ineens niet snapt? Hoe ga je daar dan mee om en wat doet dat met je zelfbeeld?’

‘Het is belangrijk om met elkaar te snappen waar gedrag bij leerlingen vandaan komt, welke hulpvraag en ontwikkelbehoeften hier achter liggen. Kennis over kenmerken van begaafdheid en in sommige gevallen een IQ-onderzoek kunnen inzicht geven. Deze gegevens zijn altijd het startpunt. Hoe je vervolgens als school zo goed mogelijk aansluit bij die ontwikkelbehoeften, is waar het écht om gaat en waar ons werk ligt: passend onderwijs. En dat is geen kers op de taart, maar een gezonde bruine boterham.’

Wie: Simone Westdijk, leerkracht groep 6  en Eureka-groep
Wat: 1 dag per week Eureka-groep
Waar: De Klinker (Spijkenisse-Vogelenzang)
Wanneer: Sinds 12 jaar
Hoe: Er zijn twee Eureka-groepen: één voor groep 4-, 5- en 6-leerlingen en één voor groep 7- en 8-leerlingen. Er zitten in totaal zeventien leerlingen in de Eureka-klas: drie van hen komen van collega-RVKO-school De Akkers. Voor de allerjongste Eureka-leerlingen zijn er Plus-taken die ze in hun eigen klas uitvoeren.

‘Twaalf jaar geleden raakte ik geïnteresseerd in het leren van kinderen die hoog- of meerbegaafd zijn. De aanleiding was mijn jongste dochter; zij bleek hoogbegaafd. Ik ben me steeds verder gaan verdiepen in hoe deze kinderen leren, de wereld bezien en omgaan met te veel of te weinig uitdaging. Die kennis ben ik ook op onze school gaan inzetten en dat is uitgemond in een hele dag Eurekaonderwijs.’

‘Ik werk ’s ochtends met kinderen uit de groepen 4, 5 en 6 en in de middag met kinderen uit de groepen 7 en 8. Ik bespreek met hen de weektaak voor komende week én bekijk hun werk van de afgelopen week. Aan de weektaak werken ze ook in hun reguliere groep. De taken bestaan uit meerdere vakken, zoals rekenen, taal, wereldoriëntatie en studievaardigheden. Binnen dat onderwerp differentieer ik naar het niveau van het kind.‘

‘Daarnaast werken we via de methode ‘Out of the Box’ aan uiteenlopende opdrachten, zoals ‘Bedenk een menu met gruwelijke gerechten’ of ‘Beschrijf een nieuwe planeet’. De Eureka-kinderen werken ook nog drie kwartier allemaal samen. Dan gaan we filosoferen of discussiëren. Het is heel interessant om te zien hoe die verschillende leeftijden en zienswijzen elkaar én mij inspireren.’

Wie: Sadhana Raaijmakers, directeur
Wat: MMK-club
Waar: Minister Marga Klompé  (Rotterdam-Ommoord)
Wanneer: Sinds vijf jaar is er meer ruimte en tijd voor HB-leerlingen. De school was negen jaar geleden zwak bevonden en moest toen vooral investeren in de didactische vaardigheden van de leerkrachten.
Hoe: Elk groepje binnen de MMK-club bestaat uit maximaal vijf kinderen (in totaal zijn er ongeveer twintig MMK’ers). De kinderen zijn ingedeeld op leeftijd, maar soms ook op leerstijl. De kinderen werken in de MMK-club vooral aan executieve functies. De MMK-club is wekelijks drie kwartier per clubje.

‘Negen jaar geleden beoordeelde de inspectie onze school als zwak. De oorzaak van de ondermaatse resultaten wilde men toeschrijven aan de leerling populatie en het niveau van de kinderen. Deze gedachten hebben we snel de kop ingedrukt; ieder kind kan zich ongeacht achtergrond, milieu en thuissituatie ontwikkelen en goede leerresultaten behalen. Na het oordeel van de inspectie zijn we heel gestructureerd aan de slag gegaan om de leerkrachtvaardigheden te verbeteren zodat ze goed onderwijs kunnen geven.’

‘Sinds vijf jaar is het onderwijs op orde en zijn ‘Leer Extra Dingen!’ Wie:  Wat:  Waar:  Anouchka Smit, leerkracht, LED-groep leerkracht en coördinator Expertgroep Talent Leer Extra Dingen (LED) De Regenboog (Rotterdam-Beverwaard) Wanneer:  Sinds 2010 Hoe:  de resultaten goed, er was tijd voor differentiatie voor kinderen die meer uitdaging nodig hebben. Wij hebben het overigens over kinderen die meer aankunnen. In het begin gaven we hun Plus-taken bij leerstof waar ze bovenuit stijgen en waarmee ze kunnen compacten en verrijken. We zijn onder leiding van Novilo gaan werken volgens de taxonomie van Bloom: hogere denkvragen stellen.’

‘Maar niet alle kinderen hebben daar genoeg aan, daarom zijn we eerst gaan pionieren en vervolgens in groepjes van maximaal vijf kinderen met de MMK-club begonnen. Ons doel is om de kinderen taken te geven waardoor ze in hun leerkuil terechtkomen. In de MMK-club leren de kinderen wat ze kunnen doen om hieruit te komen. Daarnaast oefenen we veel met executieve functies. Deze functies hebben de kinderen nodig om zich goed te kunnen redden in de maatschappij. In spel en samenwerking werken de kinderen aan deze functies. Door er bewust mee bezig te zijn, kunnen ze hierin groeien.’

Wie: Anouchka Smit, leerkracht, LED-groep leerkracht en coördinator Expertgroep Talent
Wat: Leer Extra Dingen (LED)
Waar: De Regenboog (Rotterdam-Beverwaard)
Wanneer: Sinds 2010
Hoe: Er zijn verschillende LED-groepen. Voor groep 2, 3 en 4 is een aparte LED-groep, de groepen 5 en 6 zijn een gecombineerde LED-groep, net als groep 7 en 8. De LED-groepen zijn wekelijks en duren twee uur (voor de onderbouw iets korter). Sommige kinderen compacten en verrijken ook nog buiten de reguliere groep met rekenen.

‘Leer extra dingen, dat is in het kort wat we doen in de LED-groep. In onze visie bieden we kinderen extra uitdaging, door te werken op drie aandachtsgebieden: sociaal-emotionele, executieve en communicatieve vaardigheden. Dat doen we op verschillende manieren en met verschillende taken of projecten.’

‘We werken aan de sociaal-emotionele kant door de kinderen te leren initiatief te nemen en over zichzelf en hun leergedrag te praten: wat kun je doen als het niet lukt? De executieve functies trainen we bijvoorbeeld in projecten. Dan moeten de kinderen samenwerken, een onderzoekscyclus doorlopen, een planning maken en daarna een presentatie geven.  De communicatieve vaardigheden komen aan bod tijdens hun presentatie over bijvoorbeeld het heelal  of tijdens de discussies over talenten of interesses.’

‘We vragen meer creativiteit en diepgang van  deze kinderen, via de taxonomie van Bloom met ‘hogere-orde’-denkvragen. Al deze onderdelen  staan in het teken van het leren leren en het  omgaan met leermomenten die wij voor hen  creëren. Deze kinderen vinden hun werk in de  klas vaak makkelijk en in de LED-groep krijgen  zij de uitdaging die ook zij verdienen.’

Wie: Corrie Kreft, leerkracht in groep 4 en 7 en HB-leerkracht
Wat: Groep 9
Waar: De Provenier (Rotterdam-Centrum)
Wanneer: Sinds dit schooljaar structureel HB-onderwijs
Hoe: 14 kinderen uit de groepen 6, 7 en 8 gaan een dag per week gezamenlijk en apart aan de slag met verschillende opdrachten en materialen. Onderdeel van het leren in deze groep is ook buiten school kennis en ervaring opdoen.

‘Voorheen werkte ik op de Verbazisschool WOW in Terbregge. Daar gaf ik in de reguliere groep les aan kinderen met soms een IQ hoger dan 125. Met die ervaring sta ik nu voor groep 9 van De Provenier.  Die naam hebben de kinderen zelf bedacht. Het  etiket ‘hoogbegaafd’ vinden we niet fijn.’

‘Ik mag één dag per week met de 9e-groepers werken. Het zijn er nu veertien en we gaan tot maximaal zestien. Een vast onderdeel van deze dag is Plus-werk. Dan werken de kinderen bijvoorbeeld allemaal aan rekenen of wiskunde, soms gedifferentieerd. Daarnaast zijn ze altijd bezig met een zelfbedachte opdracht of een opdracht van het lopende thema. Daarvoor gebruiken we de methode van Blink. Overige onderwerpen die ik in groep 9 behandel, zijn: breinlessen over hoe hersenen werken, ontwikkelen van executieve functies en persoonlijkheid en werken aan de mindset.’

‘Belangrijk onderdeel van groep 9 is eropuit gaan. Zo bezochten we onlangs de Raad van State en de Erasmus Universiteit. Uit dat laatste bezoek volgt een speciale opdracht. We laten veel uit de kinderen zelf komen. Dat betekent ook dat als een kind niet meer naar groep 9 wil, dat ook niet meer hoeft. Het mooie van deze aanpak is dat de kinderen heel ontspannen in hun eigen groep én in groep 9 zitten. Dat is voor iedereen heel prettig en voor mij is het echt genieten.’

Door op “Alle Cookies accepteren”, te klikken, gaat u akkoord met het opslaan van cookies op uw apparaat om de site navigatie te verbeteren, het sitegebruik te analyseren en ons te helpen bij onze marketinginspanningen. Bekijk onze Privacy Policy voor meer informatie.