Lang leve de brugfunctionaris, die weet wat er speelt – op school én bij kinderen thuis
Door: Tim 'S Jongers voor de Correspondent Samenleven
Bron: https://decorrespondent.nl/16576/lang-leve-de-brugfunctionaris-die-weet-wat-er-speelt-op-school-en-bij-kinderen-thuis/c37e28e6-b08d-092f-3658-98f2290ed107
Een brugfunctionaris vormt de brug tussen school en thuis. Voor leerlingen in kwetsbare situaties kan dit een wereld van verschil zijn. Schooldirecteur Miran Jakirovic wil dat het onderwijs pas stopt bij de achterdeur van de ouders: ‘Ons doel is de ontwikkeling van het kind – lesgeven is daar maar een klein deel van.’
Het is een zonnige novemberochtend, bijna half negen. De brede stoep voor de Rotterdamse Imeldaschool staat vol met ouders die nog snel via het raam hartjes aan hun kinderen seinen, of hun een kushandje toewerpen.
Ik ben hier om een dag mee te lopen met Sharla Mohan-Jhinkoe, de ‘brugfunctionaris’ van de school. Brugfunctionarissen hebben als taak vroegtijdig hulp te bieden aan ouders bij vragen en zorgen die niet direct met onderwijs te maken hebben. Zij vormen als het ware de brug tussen de schoolomgeving en de thuisomgeving van leerlingen in kwetsbare situaties.
Mohan-Jhinkoe doet dit werk nu drie jaar. Schooldirecteur Miran Jakirovic, hier ‘meester Miran’ geheten, zag dat het met veel leerlingen niet goed ging, en dat dat vooral te maken had met de armoedige situatie van de ouders. ‘We liepen aan tegen een gevoel van frustratie tussen ouders en de school. We begrepen elkaar niet.’
Dat moest anders. En dus riep directeur Jakirovic enkele jaren geleden zijn team bij elkaar. Voortaan zou de school bij iedere ouder op huisbezoek gaan. ‘Ons onderwijs stopt pas bij de achterdeur van de ouders.’
Moet ik je feliciteren?
Sharla Mohan-Jhinkoe neemt me die ochtend direct mee naar een gesprek met vader Farhad, die ze heeft gevraagd om naar de school te komen. Vier weken heeft ze hem niet gezien, en dat is best uitzonderlijk. Farhad en zijn vrouw hadden nog gevraagd of Sharla kon helpen met een aanvraag voor een nieuwe wasmachine, en toen kwam die plotse radiostilte.
We zitten met z’n drieën aan een ovale tafel in een smal zaaltje aan het eind van een lange gang. De ramen aan de rechterkant kijken uit op de speeltuin, die er avontuurlijk en nieuw uitziet. Directeur Jakirovic zegt daar later over: ‘Een rijke Rotterdamse familie heeft er geld voor gedoneerd.’
Farhad zit er zichtbaar gespannen bij. Hij is een kleine man met een grijs-zwarte baard en diep donkere ogen die veel ellende verraden. Hij is met zijn gezin gevlucht uit Iran. Een van de eerste huisbezoeken die Mohan-Jhinkoe aflegde, bijna drie jaar geleden, was bij hen.
Ze zag daar een tweekamerappartement waarin iedereen op dunne matrassen in dezelfde kamer sliep; de andere kamer had enkele beglazing, was vochtig en de schimmel zat in de muren. ‘Toen heb ik een gevecht gevoerd met de woningbouwcorporatie en zijn we bedden gaan kopen.’ Farhad knikt instemmend: ‘Het is in die kamer nu heel warm.’
Werk heeft Farhad niet. Hij probeert wel van alles in beweging te krijgen, maar zit klem tussen de zorg voor zijn gezin, trauma, verterende armoede en een sociale dienst die – zo zegt hij zelf – eerder tegenwerkt dan meewerkt.
Mohan-Jhinkoe vertelt: ‘Hij wilde een opleiding ervaringsdeskundigheid doen. Ik ben mee geweest naar de introductiedag en via een kerk hadden we het inschrijfgeld geregeld. Maar de sociale dienst wilde dat hij naast die opleiding óók beschikbaar bleef voor sollicitaties.’
Farhad blijft gedurende het gesprek zijn dromen opnoemen: een opleiding, werken als zzp’er, goed voor zijn gezin zorgen. Telkens wanneer Mohan-Jhinkoe naar de reden van de vier weken radiostilte vraagt, begint hij weer over de sociale dienst. Het wordt een raar gesprek waar ik geen touw aan vast kan knopen. En dan vraagt de brugfunctionaris uit het niets: ‘Moet ik je feliciteren?’
Voor het eerst valt Farhad helemaal stil. Er rollen tranen over zijn wangen. Het vijfde kind is onderweg.
Ongelijk investeren voor gelijke kansen
De brugfunctionaris, die dus de brug vormt tussen de school- en thuisomgeving, is op zich geen nieuwe functie. In de jaren negentig kende het Vlaamse Gent al een ‘brugfiguur’ in het onderwijs. Aanleiding was de ervaren kloof tussen schoolteams en kansarme ouders.
In de gemeente Groningen werd zo’n vijftien jaar geleden de Gentse aanpak gekopieerd, startende met twee scholen. Nu zijn daar ruim twintig brugfunctionarissen actief. Het idee is, aldus wethouder Carine Bloemhoff, dat er ongelijk geïnvesteerd moet worden voor gelijke kansen.* Sindsdien hebben verschillende Nederlandse gemeenten de aanpak overgenomen. In 2022 was er een pilot met twintig scholen en in 2024 kwam het Rijk met een subsidie voor duizend brugfunctionarissen in het land.
In die subsidieaanvraag staat het volgende te lezen:* ‘De brugfunctionaris is er voor alle vragen en zorgen die niet direct te maken hebben met onderwijs. Zo kunnen ze ouders helpen als er een psycholoog, een wijkteam of jeugdhulp nodig is. Ze kijken ook naar kansen: wat nodig is zodat leerlingen hun talenten en ontwikkelkansen kunnen benutten.’
Vandaag de dag zijn er in Nederland zo’n 1.100 brugfunctionarissen actief. Uit onderzoek van het Education Lab,* een onderzoeksnetwerk dat werkt aan verbeteringen in het onderwijs, blijkt dat de inzet van brugfunctionarissen een positief effect heeft: minder stress en verzuim bij kinderen, een betere betrokkenheid van de ouders bij de school en – op lange termijn – minder kosten voor de zorg en het sociale domein, zoals bijvoorbeeld op het gebied van schuldhulpverlening. Op de Imeldaschool is Mohan-Jhinkoe ondertussen fulltime aan het werk, en aan het einde van de dag begrijp ik helemaal waarom.
‘Als ik moet kiezen tussen een brugfunctionaris of een extra leerkracht, kies ik voor een brugfunctionaris’, zegt directeur Jakirovic stellig. ‘Het gaat erom of je als school in staat bent om over de situatie heen te springen en de mens erachter te leren kennen. Ons doel is de ontwikkeling van het kind – onderwijs is daar maar een klein deel van.’
De zorgjuf komt kennismaken
Alvorens we naar de volgende afspraak gaan, een huisbezoek, spreekt Mohan-Jhinkoe Farhad begripvol, maar scherp en streng toe: ‘Je moet je niet schamen. Je moet naar mij blijven komen en blijven praten. Zonder communicatie kan ik je niet helpen.’
Ik loop met haar mee door het kwetsbare deel van het Rotterdamse Liskwartier, ingeklemd tussen de Hofbogen (een buiten gebruik gesteld spoorviaduct waar nu veel hippe tentjes huizen) en de groenrijke Bergsingel. Aan de kant van de Imeldaschool staat er sociale woningbouw; aan de overzijde van de Bergsingel staan prachtige herenhuizen.
Mohan-Jhinkoe werkt al 25 jaar bij de Imeldaschool: eerst als administratief medewerker en nu dus als brugfunctionaris. Op school noemen de kinderen haar ‘de zorgjuf’.
De overstap naar zorgjuf ging voor Sharla met horten en stoten. Haar denkbeelden kantelden: ‘Als administratief medewerker inde ik de eigen bijdrage voor de schoolreisjes. Betaalden ouders niet, dan stuurde ik een aanmaningsbrief. Nu ik zie hoe sommige ouders leven, schaam ik me daarvoor.’
Dat we op huisbezoek gaan, mag overigens niet zo heten. ‘Toen meester Miran op een informatieavond begon over huisbezoeken, was er veel rumoer. Een paar ouders kwamen naar ons toe: “De sociale dienst en jeugdzorg komen op huisbezoek.” Toen zijn we het “kennismaking” gaan noemen. En nu ben jij zelfs welkom!’
Na tien minuten lopen staan we in een lange straat met portiekwoningen. We bellen aan bij een benedenwoning, waar een vrouw woont die onlangs haar twee kinderen naar de Imeldaschool overplaatste – Mohan-Jhinkoe kent haar ook nog niet en er is verder ‘nul info’ over deze vrouw.
Helemaal gerust ben ik er niet op. Het verhaal van Farhad zindert nog na, wat zullen we hier aantreffen?
Fijn dat jullie dit zo doen
Dat Mohan-Jhinkoe haar werk als brugfunctionaris kan doen, heeft te maken met de zogenaamde schoolweging. Dat is een scoresysteem waarmee het Centraal Bureau voor de Statistiek de complexiteit van leerlingenpopulaties in kaart brengt. Hoe hoger de score, hoe risicovoller de sociaal-economische situatie waarin de kinderen opgroeien.*
Scholen met een hoge achterstandsscore krijgen voorrang bij de subsidie ‘brugfunctionaris’ – maar die regeling stopt na 2027. Momenteel zijn er 910 basisscholen die de subsidie ontvangen.* Volgens directeur Jakirovic scoort de Imeldaschool 39 op een achterstandsscore van 40: erg hoog dus. Dat is op zijn zachtst gezegd niet best, aangezien het landelijk gemiddelde iets onder de 30 ligt.*
Jakirovic: ‘Als schoolbesturen zeggen dat ze zich alleen met onderwijs bezighouden, raak je mij in de kern. Onderwijs stopt niet bij de voordeur, maar bij de achterdeur van de ouders.’
Moeder Amina doet de deur open en biedt gelijk haar excuses aan omdat we even moesten wachten: ‘Ik wist dat je zou komen, dus ik had moeten zeggen dat de bel het niet doet.’ Ze groet ons hartelijk en vraagt of we zin hebben in een kopje thee. We doen onze schoenen uit en mogen naar binnen, waar we plaatsnemen op een lange hoekbank.
Aan de hand van een kaartje waarop een driehoek getekend staat, licht de brugfunctionaris haar functie toe. Centraal in de driehoek staat ‘ontwikkeling van het kind’. De drie hoeken zijn de ouders, het kind en professionals.
Mohan-Jhinkoe legt uit: ‘Wij willen dat het met de kinderen goed gaat, en dan moet het ook met de ouders goed gaan. Voor alles wat over leren gaat, kun je bij de leerkracht terecht. Zijn er andere zaken nodig, bijvoorbeeld een beugel, dan zorg ik ervoor dat je bij externen terechtkunt.’
Ik was voorbereid op een schrijnende thuissituatie, bijvoorbeeld zoals de beschimmelde muren bij Farhad, maar de woning van Amina is schoon, de meubels lijken nieuw en op de grond ligt een lichtgrijze visgraatvloer. Na de uitleg over haar functie stelt Mohan-Jhinkoe enkele directe vragen: zijn er schulden, is de vader in beeld, werkt Amina?
‘Ik ben alleenstaand en moet alle ballen in de lucht houden. Ik werk tegenwoordig nog maar 24 uur. Maar ik heb een goede familie en red het. Ik gun vooral andere ouders veel hulp’, antwoordt Amina. Mohan-Jhinkoe veert op: ‘Ik kan je aanmelden voor een pas van het Rode Kruis, daarmee kun je fruit en brood kopen voor de kinderen.’
Amina waardeert de kennismaking en de aanmelding voor de pas. ‘Ik ben het niet gewend dat een school ook deze functie heeft. Ik vind het fijn dat jullie dit zo doen.’
De zorgjuf is ook een fiksjuf
Die pas van het Rode Kruis blijkt ‘de boodschappenkaart’ te zijn. Daarop wordt twee keer per maand 25 euro per kind gezet, vertelt Mohan-Jhinkoe. ‘Als je 24 uur werkt en alleenstaand bent, heb je het niet breed. Dit kan dan toch een beetje helpen.’
Op elk moment dat ze geen afspraak heeft, hangt ze wel met iemand aan de lijn. Nog voor de lunch is de wasmachine van Farhad geregeld en tussendoor heeft ze ervoor gezorgd dat iemand vrijwillig een tweedehands bank vanuit Ridderkerk naar een van de ouders in Rotterdam zal brengen. De zorgjuf blijkt óók een fiksjuf te zijn.
Eenmaal terug op school krijg ik een inkijkje in de ‘Sociale Index’: een enorm Excel-bestand waarin alle gegevens van de ouders en hun kinderen staan. Maar ook welke ouders wanneer gesproken hebben met de brugfunctionaris of andere mensen op school, welke problemen er spelen en welke ondersteuning er door welke organisatie is gegeven. Jakirovic: ‘Alles weten is alles begrijpen.’
Lunchen doe ik samen met de leerkrachten op school. Ik wil weten hoe zij naar de brugfunctionaris kijken. Daar zijn ze unaniem positief over: dankzij hun collega is er meer zicht op het kind, weten leerkrachten wat er speelt – waardoor bepaald gedrag beter ingeschat kan worden – en ervaren ze minder zorgen. ‘We weten dat er altijd wel iets gebeurt als Sharla het oppakt. En we zien dat het verminderen van stress voor deze kinderen een positief effect heeft op hun mentale en cognitieve ontwikkeling.’
Ook wil ik weten waarom de leerkrachten hebben gekozen voor een school met al deze uitdagingen. Andermaal unaniem: ‘Hier kun je het verschil maken.’
Jakirovic lacht hard, zijn trots kan hij niet verbergen. En dan is hij serieus: ‘Wat wij doen zou gewoon normaal moeten zijn, bij elke school. Ik woon in een keurige Vinex-wijk in Noord-Brabant. Daar komen ouders in een scheiding terecht en vechten ze elkaar de tent uit. Ook dat heeft invloed op de ontwikkeling van een kind.’
Maar er zijn die middag ook veel zorgen bij de leerkrachten. Een week voor mijn bezoek is een moeder met haar kind dakloos geworden – dat is ook voor deze school een nieuwe uitdaging. Het kind is vandaag gewoon op school, en ik mag straks bij het gesprek zijn dat Mohan-Jhinkoe heeft met de moeder.
Alles weten is alles begrijpen
Het schooljaar 2026-2027 is het laatste jaar waarin de subsidieregeling voor brugfunctionarissen beschikbaar is. Het voornemen is om vanaf 2029 de brugfunctionaris op te nemen in één gebundelde aanvullende bekostigingsregeling. Dat wil zeggen: geen aparte subsidieaanvragen meer voor verschillende regelingen (brugfunctionaris, boodschappenkaart), en dus minder administratieve lasten.
Het is vooruitgang, al ziet Jakirovic liever dat de kosten voor een brugfunctionaris gewoon opgeteld worden bij het vaste bedrag dat een school krijgt voor iedere leerling.
Ik sluit de dag af waar ik hem begonnen ben: aan de ovale tafel in het zaaltje aan het eind van de gang. De moeder die voor ons zit, woonde twee jaar lang bij familie in huis. Bij een neef, die zelf ook een alleenstaande ouder is en twee dochters heeft. De situatie was niet langer houdbaar, vertelt moeder Rachel, maar een eigen woning vinden lukte niet: ze kon amper rondkomen van haar werk in een koffiebar. Nu is alles ontspoord, vertelt ze, want ze konden niet langer bij de neef wonen.
De week voor mijn bezoek werd de brugfunctionaris aangesproken door een andere ouder, die de dakloosheid van Rachel onder de aandacht bracht. Mohan-Jhinkoe wist geld bij elkaar te krijgen om een week een hotel te betalen. Nu zit de moeder voor ons, ze zit er verslagen bij en barst regelmatig in tranen uit.
Mohan-Jhinkoe vertelt dat ze erin is geslaagd het hotelverblijf met minstens vier dagen te verlengen. Ook heeft ze over een paar dagen een afspraak weten te regelen voor een urgentieverklaring voor een woning. Fijn, alleen is moeder Rachel bang dat ze ver weg moet gaan wonen, terwijl haar zoon zich heel goed voelt op de Imeldaschool.
Eten heeft Rachel al een paar dagen niet gedaan, dus krijgt ze een aantal bonnen van Mohan-Jhinkoe waarmee ze naar de supermarkt kan. Ook blijken er achterstanden te zijn bij de zorgverzekering, en er is nog een onbetaalde factuur van 2.000 euro. Ze wil dit allemaal zelf regelen, met afbetalingen in delen – maar de brugfunctionaris spreekt haar streng toe: ‘Breng de volgende keer je facturen mee, dan ga ik met meester Miran praten en kijken we wat we kunnen doen.’
Nadat Rachel vertrokken is, zingt het gesprek nog na in mijn hoofd. Kan Mohan-Jhinkoe het wel loslaten als ze ’s avonds thuis is, de ellende van andere mensen? ‘Het is probleem op probleem op probleem – dat doet iets met mij. Maar ik haal kracht uit het helpen van deze ouders.’
Zelf woont de brugfunctionaris ook in het Liskwartier, wat soms lastig kan zijn. ‘Als ik in het weekend ouders zie, dan groet ik ze. Maar ik ga niet vragen hoe het met ze gaat, want dan moet ik aan het werk’.
Jakirovic weet wat de sleutel van het succes is: ‘De bevestiging dat als je alles weet je alles kunt begrijpen, is voor ons een echte gamechanger geweest. Het is het veranderen van een mindset: we moeten dit als collectief doen, en Sharla zit op de troon van de uitvoering.’






.png)


.png)





.png)









.png)














.1.jpg)

.png)


.png)

.png)

































.avif)













