Oud-werknemers over hun betrokkenheid bij RVKO

11/11/2025

Net zoals de andere RVKO-kernwaarden speelt ook ‘verbondenheid’ overal in het handelen van de organisatie een rol. Niet voor niets is één van de vier thema’s van het recente Strategisch Verhaal 2024-2028 ‘In verbinding vanuit dialoog’. Door contact te leggen en te houden en met elkaar in gesprek te blijven, maken mensen echte en waardevolle verbindingen. Een mooi en praktisch voorbeeld vormen de vele collega’s die ook na hun vertrek bij de RVKO verbonden blijven met onze organisatie.

Harry Beuvens (82)

Officieel werkzaam bij de RVKO van 1972-2005 (en daarna tot 2025)

Harry Beuvens was sinds 1969 hoofd van de Hildegardis ULO, die in 1972 als Hildegardis IVO-MAVO is opgenomen in de RVKO. Na zijn vervroegde pensionering in 2005 heeft Harry op ontelbare plekken binnen de organisatie zijn kennis en ervaring ingezet voor de RVKO.
Hij werd sindsdien regelmatig gedetacheerd als tijdelijk directeur op een RVKO-school. Zo was Harry tijdelijk directeur op de Jacobusschool, De Schakel, Dominicus, Theresiaschool en Globetrotter Katendrecht.

Sinds 1974 is hij betrokken bij wat sinds 2007 het RVKO-voetbaltoernooi om de Willem Sponselee-bokaal heet. Hij heeft dit toernooi tot 2025 jaarlijks mede-georganiseerd. Daarnaast was hij jarenlang redacteur van de Koerier en herschreef hij het RVKO-jubileumboek bij het 135-jarig bestaan. Hij vertegenwoordigde de RVKO in diverse externe overleggen en organisaties, zoals het Airport-overleg en de Wijkfolderorganisatie Rotterdam. Verder coachte hij enkele nieuwe RVKO-directeuren en viel hij in als leerkracht. Al 40 jaar vervult Harry de rol van Sinterklaas, onder andere op de Provenier, de Hildegardis en Globetrotter Katendrecht.

“Ik heb dit altijd met veel plezier gedaan. Ik zie onderwijs als een roeping en dat houdt wat mij betreft nooit op. Elk kind heeft recht op het beste onderwijs en als ik daaraan kan bijdragen, zal ik dat niet nalaten. Daarbij heb ik altijd veel steun vanuit de RVKO ondervonden, waar ik graag iets voor terug doe.”

Juist in deze tijd van lerarentekorten en teruglopende basisvaardigheden is de inzet van oud-collega’s essentieel, aldus Harry.

“Je kunt met je kennis en ervaring een enorm verschil maken voor een kind. Daarbij maakt het niet uit of je conciërge, leerkracht of directeur was. Soms kan het heel klein zijn, bijvoorbeeld een keertje voorleesopa of -oma zijn. En soms kun je tijdelijk iemand vervangen, waardoor een klas niet naar huis hoeft te worden gestuurd. Ik pleit ervoor dat de RVKO zich actiever inzet voor het betrekken van oud-werknemers. Er is een enorm potentieel aan mensen die zich verbonden voelen met het onderwijs en met name met de RVKO. Je zou kunnen denken aan een pool van oud-werknemers die hebben aangegeven te willen bijspringen. Ik meld me hierbij alvast aan.”

Waar zit die verbondenheid met de RVKO in volgens jou?
Harry: “Ik denk dat de RVKO een goede, warme werkgever is en daar doe je graag wat extra’s voor, ook omdat het altijd primair om het belang van het kind gaat. Ik zie duidelijk gedeelde waarden: verwondering, respect, verbondenheid, zorg, gerechtigheid, vertrouwen en hoop. Persoonlijk vind ik het ook gewoon leuk om nog actief te blijven. En ik kan gewoon moeilijk nee zeggen, haha! Het onderwijs is in de jaren flink veranderd, maar de sfeer bij de RVKO en vooral het centraal stellen van de kinderen is nooit veranderd. Dat vind ik belangrijk.”

Bep Coenen (82)


Officieel werkzaam bij de RVKO van 1963 tot 2008 (en daarna tot vandaag de dag)

“Ik ben een echte RVKO’er,” begint Bep. Ze werkte sinds 1965 op de Hendrik Bakkerschool, later Imeldaschool, werd in 1989 directeur van De Maasoever in Spijkenisse en in 1999 ook van de Mgr. Bekkersschool.

Na haar pensioen in 2008 bleef ze actief als interim-directeur op meer dan tien RVKO-scholen en regelt ze nog steeds de taaltoets voor leerkrachten.

“Het is vooral de sfeer: ik vind de RVKO een warme organisatie die veel te bieden heeft voor medewerkers. Er is veel aandacht voor de medewerkers, terwijl ook de kinderen echt centraal staan. Daardoor ontstaat een gevoel van verbondenheid.”

Over haar pionierstijd op De Maasoever zegt ze:

“We begonnen met vijf lokalen en tien leerlingen, op een kale vlakte tussen de huizen in aanbouw. Het was echt pionieren. Binnen een paar jaar groeiden we naar vier locaties en 750 leerlingen! Natuurlijk was dat een team-effort: als de sfeer goed is, kan alles.”

Het onderwijs is volgens haar veranderd – meer gericht op leuk en gezellig – maar bij de RVKO is de kern hetzelfde gebleven:

“Het allerbelangrijkste in het onderwijs is goed omgaan met mensen. Daarom voel ik me voor altijd een echte RVKO’er.”

Herman Holleboom (79)


Officieel werkzaam bij de RVKO van 1969 tot 2012 (en daarna nog tot 2025)

Hoe ben jij bij de RVKO terechtgekomen?
Herman: “In 1969 vroeg het hoofd van de Josephschool voor jongens in Charlois om bij hem als onderwijzer te komen werken. Die school fuseerde met de naastgelegen meisjesschool St. Elisabeth. In augustus 1973 werd ik benoemd tot hoofd van de St. Elisabethschool. Ik was daarnaast onderwijzer van klas 6, dat was gebruikelijk in die tijd. Vergaderen deed men niet – dat probeerde ik wel te regelen, maar met veel tegenzin. Iedere leerkracht was koning(in) in zijn/haar klas.”

Is er veel veranderd in het onderwijs?
Herman vertelt hoe in 1977 het bestuur hem vroeg hoofd te worden van de Hildegardisschool in het Oude Noorden. De school werkte mee in het project OSM – Onderwijs Sociaal Milieu van de gemeente.

“Met hulp van schoolbegeleiders ontwikkelden we nieuwe methodes en een nieuw type schoolmanagement. De leraren werden verantwoordelijk voor alle kinderen van de school. We leerden goed omgaan met kinderen die het moeilijk hadden.”

In die tijd veranderde de schoolbevolking sterk – van Surinaamse tot Marokkaanse, Turkse en Kaapverdische gezinnen – waardoor de school een levend onderdeel van de wijk werd.

Hoe ontwikkelde de RVKO zich door de jaren heen?

“De RVKO kende een hoofdenadviescommissie, later de kerngroep. Ik heb daar 23 jaar in gezeten. In het begin ervoer ik de bestuursleden als regenten, vriendelijk maar star. Door inzet van verschillende hoofden werd dat veel democratischer. De RVKO was haar tijd ver vooruit op het gebied van inspraak en participatie.”

Herman bleef nog vele jaren betrokken en werkte tot 2025 als interim-manager op diverse scholen.

“Feitelijk heb ik van 1969 tot 2025 bij de RVKO gewerkt, 55,5 jaar – en met plezier. De organisatie bleef zich ontwikkelen, maar de RVKO gaat echt voor de kinderen.”

Tekst: Philip Reedijk.

Door op “Alle Cookies accepteren”, te klikken, gaat u akkoord met het opslaan van cookies op uw apparaat om de site navigatie te verbeteren, het sitegebruik te analyseren en ons te helpen bij onze marketinginspanningen. Bekijk onze Privacy Policy voor meer informatie.